De STOWA heeft een nieuw rapport gepubliceerd die ingaat op een onderwerp dat tot nu toe nog weinig aandacht heeft gekregen: de zwavelbalans in de rioolwaterzuivering. Toch is zwavel naast stikstof en fosfaat een belangrijke nutriënt. In veel biologische processen speelt zwavel een belangrijke rol en is het een belangrijke bouwsteen. Zwavel maakt dan ook meer dan 1% uit van het actieve slib dat gebruikt wordt om het afvalwater te zuiveren. Bij de verbranding van het slib vormt dit zwavel een probleem omdat het omgezet wordt in zwaveldioxide (SO2), een belangrijke veroorzaker van zure regen. Het afvangen van dit zwaveldioxide leidt tot veel extra kosten voor de verwerking van dit slib.
In deze nieuwe studie worden nu voor het eerste ook deze extra kosten van zwavel meegenomen. Als je dat doet blijkt het bijvoorbeeld eigenlijk niet zo handig om meer zwavel in het slib vast te leggen door bijvoorbeeld in de slibgisting ijzerzouten te doseren. Dit wordt veel gedaan om te voorkomen dat er veel zwavelwaterstof, H2S, in het biogas komt. Er zijn echter goede technieken om dit H2S uit het biogas te wassen en vervolgens biologisch om te zetten in elementair zwavel. Dit zwavel kan dan weer ingezet worden als meststof of voor speciale toepassing als bijvoorbeeld het bestrijden van schimmels. Op die manier kan een nuttig product worden gewonnen uit het afvalwater en worden kosten voor de verwerking van afval vermeden.
Een andere mogelijkheid voor het benutten van het zwavel in de rwzi leek de inzet voor heterotrofe denitrificatie. Helaas wijst de studie uit dat er in de rioolwaterzuivering onvoldoende gereduceerd zwavel aanwezig is om hiervoor in te kunnen zetten. Wel zouden andere afvalstromen met gereduceerd zwavel hiervoor ingezet kunnen worden. Te denken valt bijvoorbeeld aan “spent caustic” uit raffinaderijen. Dan moet het extra sulfaat in het effluent echter geen probleem zijn. Ook zal dan bekeken moeten worden of er geen andere ongewenste verontreinigingen meekomen met deze afvalstroom.
Geïnspireerd door de conclusies van dit rapport werkt AIFORO momenteel aan de introductie van een nieuwe techniek voor het ontzwavelen van biogas. Door gebruik te maken van een katalysator in een waterwasser kan het H2S tot zeer lage concentraties (<10 ppm) uit het biogas worden verwijderd. De katalysator zorgt ervoor dat het H2S omgezet wordt in elementair zwavel. Deze techniek is goedkoper en robuuster dan bestaande technieken en kan het H2S bovendien tot veel lagere waarden uitwassen. Op deze manier ontstaat een hoge kwaliteit biogas waardoor de olie in de gasmotor een veel langere standtijd heeft. Zo kan niet alleen een grondstof worden teruggewonnen, maar ook nog eens kosten worden bespaard.
De studie naar zwavel in de RWZI kan hier gedownload worden van de website van de STOWA. Ook is er op 28 oktober 2011 in nr. 21 van het vakblad H2O een samenvatting van deze studie gepubliceerd. Leon Korving was een van de auteurs van deze publicatie en was ook lid van de begeleidingscommissie voor de STOWA studie.